Karakter:
De
turquoisineparkiet is over het algemeen verdraagzaam en komt daarom in aanmerking voor een
gezelschapsvolière met kleine tropische vogels. Ze kunnen in de
broedtijd echter
niet met soortgenoten en andere Neophema-soorten, zoals
blauwvleugelparkiet,
splendidparkiet, bourkeparkiet in één voliere worden gehouden omdat
met name de mannetjes dan onverdraagzaam zijn ten opzichte van
mannelijke soortgenoten of andere neophema's.
Omgevingstemperatuur:
Turquoisineparkieten kunnen in een volière met een vorst- en
tochtvrij nachtverblijf overwinteren.
Voeding:
Als voeding kan een
zaadmengsel voor neophema's verstrekt worden. Dit zaadmengsel dient
aangevuld te worden met een mengsel van geweekt kiemzaad en eivoer/universeelvoer
(één op één). De verhouding tussen het zaad en het geweekte kiemzaad/eivoer/universeelvoermengsel
is één op één. Verder dienen de vogels de beschikking te hebben over scherpe maagkiezel en oesterschelpen grit.
Dit kan eventueel vermengd worden met het kiemzaadmengsel. Verstrek
daarnaast dagelijks fruit, groenvoer en vers drinkwater.
Kweek:
Zoals reeds opgemerkt dient
men In het broedseizoen slecht één paartje per
vlucht/kooi te houden. Ze komen het beste tot hun recht in een
voliere met een minimale afmeting van 3 x 1 x 2 m. (lxbxh) en een
aangrenzend nachtverblijf van bijvoorbeeld 1 x 1 x 2 m. (lxbxh). Net als bij de meeste parkietensoorten,
verdragen meerdere paartjes elkaar niet tijdens het broedseizoen.
Vooral de mannen beginnen, wanneer ze broedrijp zijn, op elkaar
te jagen. Indien men een goed kweekstel treft of samenstelt zal de
pop al snel overgaan tot broeden.
De vogels dienen de beschikking te hebben over een nestkast met een
afmeting van ongeveer 20 x 20 x 40 cm. en een invlieggat van 6 cm. Op de bodem van de nestkast moet
een laag turfmolm vermengd met houtspaanders worden aangebracht. Het
popje legt 4-6 eieren. Na een broedduur van ongeveer 20 dagen worden
de jongen geboren. Het
mannetje komt de pop tijdens het broeden voeren en doet dit later
ook bij de jongen. Een paartje kan in een seizoen 2 broedsels grootbrengen. De jongen die na ca. 4 weken het nest
verlaten zijn nogal wild. Ze verwonden zich dan ook snel aan gaas,
draden of wanden.
Om verwondingen te voorkomen is het verstandig planten tegen de wanden
te zetten en groene takken in het gaas te steken wanneer de jonge
vogels op het punt staan uit te vliegen.
De jongen lijken op het popje maar zijn wat matter van kleur. Nadat
ze zijn uitgevlogen worden ze nog 2 tot 3 weken door de oudervogels (bij)gevoerd
alvorens ze zelfstandig zijn.
Mutaties:
Bij de turquoisineparkiet
kennen we inmiddels een groot aantal mutaties zoals: roodbuik, lutino,
pastel, donkerfactor, opaline en bont.
A. van Kooten