Deze website wordt u aangeboden door Adri van Kooten, keurmeester gras- en grote parkieten bij de NBvV

Menu

 

Bij favorieten plaatsen!

Home

Sint-Helenafazantje (Estrilda astrild)

 
 

Kooi- en volièrevogels (ca. 300)
Broedconditie en broedproces
Fotogalerijen
Vogelziekten
Medicijnen
Kweekproblemen
Ziekenkooi
Vogeldierenartsen
Voeding
Bouw en inrichting volière
Tips van vogelliefhebbers
Vogels - koude volière
Vogels - warme volière
Downloads

Sint-Helenafazantje (Estrilda astrild)

 

Het Sint-Helenafazantje heeft zijn naam te danken aan het eiland Sint-Helena waar hij voorkomt. Het is een overwegend bruingrijs vogeltje met over het hele lichaam een fijne golftekening. Verder bezitten deze vogeltjes een rode buikvlek en een opvallende rode oogstreep, die vanaf de snavel tot achter het oog reikt. Binnen de soort worden maar liefst 17 ondersoorten onderscheiden.

 

Formaat

10 – 12 cm.

 

Ringmaat

2,0 mm.

 

Beschrijving

Zie foto’s

Kleurplaten
Vogelanimaties
Vogelmarkten
Vogelparken
Richtprijzen vogels
Vogelgeluiden
 
Erfelijkheidsleer vogels
Links naar vogelwebsites
Europese cultuurvogels
Papegaai als huisdier - index
Vogelwereld Curaçao
 
 

 

 

Geslachtsonderscheid

De geslachten lijken op elkaar maar zijn wel te onderscheiden. Het popje heeft een kleinere rode buikvlek en ook de rode oogstreep is bij haar kleiner dan bij het mannetje.

 

Verspreiding en leefgebied

Het verspreidingsgebied van het Sint-Helenafazantje omvat een groot deel van Afrika. Ze leven hier o.a. in moerasgebieden, graslanden en langs de rietoevers van rivieren en meren. Ook worden ze gezien op landbouwgronden, plantages en langs bosranden, altijd in de nabijheid van water.

 

Karakter

Sint-Helenafazantje zijn verdraagzame vogels en daardoor geschikt voor de gezelschapsvolière. Ze kunnen prima gehouden worden met andere tropische vogels zoals bijvoorbeeld loodbekje, kanarie, bandvink, diamantvink, goudmus, cubavink, oranjewever e.d. Ze komen vooral in een dicht begroeide volière goed tot hun recht.

 

Omgevingstemperatuur

Het houden van Sint-Helenafazantje hoeft geen problemen op te leveren in ons land. Wel ben ik van mening dat een volière waarin deze vogels worden gehouden een goed afgesloten en droog nachtverblijf dient te bezitten. Ook verdient het aanbeveling de vogels niet beneden temperaturen van 5 °C te houden.  

 

Voeding

Als voeding dient een goede zaadmengeling voor tropische vogels en of volièrevogels, een goed samengesteld eivoer/krachtvoer en bij voorkeur kiemzaad verstrekt te worden. Om aan de behoefte van dierlijke eiwitten in de voeding tegemoet te komen kan het beste een insecten-/universeelvoer toegevoegd worden (bijvoorbeeld 50 eivoer, 50% universeelvoer). Vooral in de periode dat de vogels jongen hebben is het belangrijk dat ze de beschikking hebben over dierlijke eiwitten. Extra dierlijke eiwitten kunnen, naast het verstrekken van een goed samengesteld eivoer/universeelvoer, verstrekt worden in de vorm van bijvoorbeeld (geknipte) meelwormen, miereneieren, bladluis, fruitvliegjes, buffalowormpjes. Tijdens het broeden dienen aan de vogels alleen zaden te worden verstrekt omdat bij het verstrekken van teveel dierlijke eiwitten vaak de pas uitgekomen jongen in de steek worden gelaten en al weer met een volgend legsel wordt begonnen. Naast bovenstaande voeding is het noodzakelijk dat de vogels dagelijks de beschikking hebben over vers en fris bad- en drinkwater en mogen ook vogelmineralen (grit) en maagkiezel niet ontbreken.

 

Kweek

Het Sint Helenafazantje broedt het liefst in de struiken of een half open nestkastje. Ze maken een prachtig nest dat ze vaak voorzien van een insluipgang. Als bouwmateriaal gebruiken ze kokosvezel, hooi, grashalmen, mos, veertjes, dierenhaar e.d.  Als het nest klaar is en door het popje wordt geaccepteerd mag na enkele dagen het eerste eitje verwacht worden. Gemiddeld legt het popje vier tot zes witte eitjes. De eitjes worden afwisselend door beide oudervogels bebroed. De eieren komen naar ongeveer twee weken uit. De jongen worden zowel door de man als door de pop gevoerd. Na ongeveer zeven dagen kunnen de jongen geringd worden. Om te voorkomen dat de jongen samen met de ringen uit het nest gegooid worden is het verstandig de ringen te voorzien van een stukje ventielslang.

Na ongeveer 12 dagen komen de jongen uit het ei en nog eens drie weken later verlaten ze het nest. De voeding van de jongen bestaat de eerste dagen in hoofdzaak uit levende insecten. Naast het verstrekken van eivoer en gekiemd zaad is het daarom noodzakelijk in deze periode voldoende levend voer zoals buffalowormpjes, geknipte meelwormen fruitvliegjes, spinnetjes, bladluis e.d.te verstrekken. Deze kunnen het beste meerdere keren per dag worden aangeboden. Als de jongen een leeftijd hebben van vijf weken zijn ze volledig zelfstandig.

 

Bijzonderheden

Sint-Helenafazantjes kunnen beter niet met Napoleonnetjes en oranjekaakjes in één volière gehouden worden  omdat ze met elkaar bastaarderen.

Het Sint-Helenafazantje is een zogenaamde nestslaper. Hij slaapt graag in een open nestkastje in plaats van op een zitstok.

A. van Kooten

 

Verwante links

Aurora astrilde
Angola blauwfazantje
Blauwgrijs roodstaartje
Nonastrilde
Oranjekaakje
Teugelastrilde
Bandvink
Blauwfazantjes
Blauwkop blauwfazantje
Granaatastrilde
Glansekstertje
Bruine druppelastrilde
Bruinruggoudmus
Dybowski astrilde
Geelbuikastrilde
Groene druppelastrilde
Edelzanger
Mozambiquesijs
Bruinrugekstertje
Dwergekstertje
Reuzenekstertje
Zilverbekje
Wijnrode amarant
Loodbekje
Melba astrilde
Goudmus

 

 

 

Disclaimer

HOME

Vertel een vriend over deze site

 

Copyright © 2005, Adri van Kooten, All Rights Reserved | Webdesign: Adri van Kooten