Karakter:
Buiten de broedperiode zijn
het verdraagzame vogels ten opzichte van soortgenoten. Echter, tijdens
de broedperiode moeten de vogels apart per paartje gehuisvest worden om
onderlinge ruzies te voorkomen.
Huisvesting
Pruimkopparkieten zijn sterke vogels die vrij goed tegen ons klimaat
kunnen. Wel is het erg belangrijk dat de
vogels in de winter, als het vriest, kunnen beschikken over een
vorstvrij nachthok. Omdat ze vleespoten hebben zullen deze
bevriezen als ze s’ nachts aan het gaas gaan hangen. Als dit het geval
is zullen de tenen uiteindelijk afsterven, hetgeen erg verminkend voor
de vogel is. Zorg er ook voor dat de zitstokken voldoende dik zijn,
zodat de tenen bij het zitten goed afgedekt worden door het verenkleed.
Het is aan te bevelen om de vogels bij vriezend weer binnen te houden in
een verwarmd nachtverblijf zodat het bevriezen van de tenen niet kan
voorkomen. De vlucht van de volière dient een afmeting te hebben van ca. 3 meter
lang, 1 meter breed en 2 meter hoog. Verder is het belangrijk om naast
elkaar gelegen vluchten te voorzien van dubbel gaas. Hiermee wordt
voorkomen dat naast elkaar gehuisveste paren elkaar in de poten kunnen
bijten.
Omgevingstemperatuur:
Zie bij huisvesting.
Voeding:
Als voeding kan een
zaadmengsel voor grote parkieten verstrekt worden. Dit zaadmengsel dient
aangevuld te worden met een mengsel van geweekt kiemzaad en eivoer/universeelvoer
(één op één). De verhouding tussen het zaad en het geweekte kiemzaad/eivoer/universeelvoermengsel
is één op één. Verder dienen de vogels de beschikking te hebben over scherpe maagkiezel en oesterschelpen grit.
Dit kan eventueel vermengd worden met het kiemzaadmengsel. Verstrek
daarnaast dagelijks fruit
en groenvoer.
Kweek:
Belangrijk om op te merken
is dat pruimkopparkieten pas op een leeftijd van 3 jaar geheel op kleur
en volwassen zijn. Ze kunnen daarom beter pas op een leeftijd van 3 jaar
ingezet worden voor de kweek.
De broedblokken kunnen zo rond maart
verstrekt worden (afhankelijk van het weer!!). Nestblokken met een
afmeting van 25x25x60 cm. voldoen over het algemeen goed. Het invlieggat
dient een diameter te hebben van ca. 7 cm. Om de vogels te helpen bij het in- en uit gaan van het blok is
het aan te raden de binnenzijde van het blok onder het invlieggat te
voorzien van een strookje gaas en of krammen. Als nestmateriaal kan een
mengsel van (vochtig) onbemeste potgrond en houtkrullen worden gegeven
(ca. 4 – 5 cm dik). Hang altijd meerdere broedblokken op zodat de vogels
een keuze kunnen maken. Is de keuze eenmaal gemaakt dan kunnen de andere
broedblokken weggehaald worden. De pop legt meestal 4 tot 5 eieren die om de dag
worden gelegd. Na een broedduur van 22 tot ca. 24 dagen worden de (kale) jongen
geboren. Op een leeftijd van ongeveer 8 -10 dagen moeten de jongen
worden geringd met een 5,4 millimeter geharde voetring. Op een leeftijd
van ca. 6 weken vliegen ze uit waarna ze nog 2 tot 3 weken door de ouders
worden (bij)gevoerd). Meerdere legsels zijn mogelijk. Jonge mannen
lijken op de pop. Ze hebben tot een leeftijd van ca. 3 jaar dezelfde
kopkleur (grijs) als de pop.
Mutaties:
Bij de pruimkop zijn
inmiddels een aantal mutaties ontstaan, waaronder lutino, opaline en
cinnamon
A. van Kooten