Deze website wordt u aangeboden door Adri van Kooten, keurmeester gras- en grote parkieten bij de NBvV

Menu

 

Bij favorieten plaatsen!

Home

Nonastrild (Estrilda nonnula)

 
 

Kooi- en volièrevogels (ca. 300)
Broedconditie en broedproces
Fotogalerijen
Vogelziekten
Medicijnen
Kweekproblemen
Ziekenkooi
Vogeldierenartsen
Voeding
Bouw en inrichting volière
Tips van vogelliefhebbers
Vogels - koude volière
Vogels - warme volière
Downloads Nonastrild

Soorten:

Bij de nonastrild worden drie ondersoorten onderscheiden, te weten:

  1. Estrilda nonnula elizae

  2. Estrilda nonnula eisentrauti

  3. Estrilda nonnula nonnula.

Estrilda nonnula elizae onderscheidt zich van de nominaatvorm door zijn grauwwitte buikveertjes (i.p.v wit). De Estrilda nonnula eisentrauti is kleiner van formaat dan de de overige twee geslachten

Kleurplaten
Vogelanimaties
Vogelmarkten
Vogelparken
Richtprijzen vogels
Vogelgeluiden
 
Erfelijkheidsleer vogels
Links naar vogelwebsites
Europese cultuurvogels
Papegaai als huisdier - index
Vogelwereld Curaçao
 

 

 

Verspreiding:

De nonastrild heeft zijn verspreidingsgebied in Afrika. Ze komen voor op het eiland Fernando Poo, in Kameroen, kongo, Uganda en Kenia. Het biotoop van de nonastrild is zeer divers, een specifiek type-biotoop is daarom niet aan te geven. Ze komen zowel aan randen van wouden, open plekken in het woud, gebieden met overwegend struikgewas alsmede in tuinen van bewoonde gebieden voor. Ze nemen hoofdzakelijk graszaden tot zich.

Grootte:

De nonastrild is  10 tot 11 cm. groot.

Geslachtsonderscheid:

Beide geslachten zijn gelijk, hoewel ook wel gezegd wordt dat de buikveertjes van de popjes meer geelgrijs en die van de mannetjes meer wit van kleur zijn.

Karakter:

Nonastrilden zijn uitermate geschikt voor de gezelschapsvolière.

Omgevingstemperatuur:

's Winters kan men beter het zekere voor het onzekere nemen door ze binnen te houden. Een verblijf waar tenminste een temperatuur heerst van 10 °C geeft de minste risico.

Voeding:

Als voedsel dient gierst, trosgierst, tropisch zaad, universeelvoer en eivoer met daardoorheen wat miereneitjes en fijngeknipte meelwormen te worden verstrekt. Gekiemde zaden, groenvoer en allerlei vruchten stellen ze ook zeer op prijs.

Kweek:

Er zijn goede kweekresultaten te verwachten indien ze goed verzorgd worden. Het mannetje laat een balts zien die te vergelijken is met die van het napoleonnetje. Het mannetje maakt tijdens de balts zijwaartse bewegingen met zijn staart terwijl hij zijn buikbevedering uit zet en de kop op en neer beweegt met een grashalm in de bek. Ze bouwen hun nestjes in hier en daar opgehangen nestkastjes. Ook bundels van riet, die in een hoek van de voliere worden geplaatst worden door de vogels gebruikt als nestplaats.  Als bouwmateriaal gebruiken ze vooral kokosvezel en donsveertjes. Het popje legt doorgaans tussen de 3-4 eitjes in het nestje. De eitjes komen na ca. 2 weken uit. De opfok van de jongen zal alleen succesvol zijn als de vogels kunnen beschikken over levend voer zoals insecten, miereneieren en of (geknipte)meelwormen. Daarnaast dienen ze ook de beschikking te hebben over universeelvoer, opfok- en groenvoer. De jongen verlaten na ca. 20 dagen het nest en zijn na 4 weken zelfstandig. Na 6 weken zijn ze op volle kleur en bijna niet meer van de oudervogels te onderscheiden. Alleen de kortere staart en de iets fletsere kleur kan de jongen dan nog verraden.

A. van Kooten

Verwante links

Abesijnse groene astrilde
Blauwgrijs roodstaartje
Oranjekaakje
Teugelastrilde
Bandvink
Blauwfazantjes
Granaatastrilde
Glansekstertje
Bruine druppelastrilde
Dybowski astrilde
Groene druppelastrilde
Edelzanger
Mozambiquesijs
Bruinrugekstertje
Dwergekstertje
Reuzenekstertje
Zilverbekje
Wijnrode amarant
Loodbekje
Melba astrilde
Goudmus
 

 

Disclaimer

HOME

Vertel een vriend over deze site

 

 

Copyright © 2005, Adri van Kooten, All Rights Reserved | Webdesign: Adri van Kooten