Verspreiding:
Komt in de vrije
natuur niet voor.
Woongebied:
Komt in de vrije
natuur niet voor.
Omgevingstemperatuur:
Kunnen in een volière met een vorst- en tochtvrij nachtverblijf
overwinteren.
Bijzonderheden als
volièrevogel:
Het Japans Meeuwtje is ontstaan uit de kruising spitsstaartbronzemannetje en gestreepte bronzemannetje. Japanse
meeuwtjes zijn zeer geschikt voor de gezelschapsvolière. Het is
mogelijk meerdere paartjes bij elkaar te plaatsen. Ze broeden graag
in half-open nestkastjes (25x25x25 cm.) Laat ze niet meer dan 3
broedsels per jaar grootbrengen en voorkom broeden in de winter. Het
legsel bestaat meestal uit 4 – 7 eitjes. Ze worden door beide vogels
gedurende ca. 18 dagen bebroed. De jongen verlaten na ongeveer 3
weken het nest. Een zeer gunstige eigenschap van het Japans meeuwtje
is dat ze vrij gemakkelijk de jongen van andere soorten (van
ongeveer gelijke grootte) grootbrengen.
A. van Kooten