Deze website wordt u aangeboden door Adri van Kooten, keurmeester gras- en grote parkieten bij de NBvV

Menu

 

Bij favorieten plaatsen!

Home

Grijzeroodstaartpapegaai (Psittacus erithacus)

 
 

Kooi- en volièrevogels (ca. 300)
Broedconditie en broedproces
Fotogalerijen
Vogelziekten
Medicijnen
Kweekproblemen
Ziekenkooi
Vogeldierenartsen
Voeding
Bouw en inrichting volière
Tips van vogelliefhebbers
Vogels - koude volière
Vogels - warme volière
Downloads Grijzeroodstaartpapegaai

Wie kent deze prachtige papegaai met zijn geweldig spreektalent niet. Juist vanwege zijn spreektalent is de grijze roodstaart de meest gehouden papegaai in Nederland en België. In de literatuur komen meldingen voor dat de Grijze roodstaart papegaai al in de 16e eeuw in Europa in gevangenschap werd gehouden. Wetenschappelijk beschreven wordt hij echter in 1758 door Linné. De eerste kweekresultaten met de Grijze roodstaart werden in Parijs behaald in het jaar 1774. Veel later, in 1844, wordt de ondersoort Psittacus erithacus timneh door Fraser ontdekt en beschreven.

De soorten
Bij de grijze roodstaart papegaai onderscheiden we 2 soorten, te weten:
1. Psittacus erithacus erithacus (Grijze roodstaart papegaai)
2. Psittacus erithacus timneh (Timneh grijze roodstaart papegaai).

Kleurplaten
Vogelanimaties
Vogelmarkten
Vogelparken
Richtprijzen vogels
Vogelgeluiden
 
Erfelijkheidsleer vogels
Links naar vogelwebsites
Europese cultuurvogels
Papegaai als huisdier - index
Vogelwereld Curaçao
 

 

 

Opmerking
Door sommige auteurs wordt nog een 3e ondersoort onderscheiden, namelijk de  Psittacus erithacus princeps die voorkomt op de eilanden  Macias Nguema (voormalig Fernando Poo), en Principé.
T. Arndt merkt hier echter in ”Lexikon der Papageien, Band 3” over op dat deze soort niet als ondersoort erkend moet worden omdat maar 50% van de vogels van Macias Nguema en Principé een donkerder verenkleed hebben. De kleurvariëteit zou daarmee nog ruim binnen die van de nominaatvorm liggen.

Beschrijving en verspreidingsgebied van de soorten

1. Psittacus erithacus erithacus (Grijze roodstaart papegaai)
De algemene lichaamskleur is bleek- tot donkergrijs. Rond het oog is de huid witachtig en niet bevederd. De stuit is grijswit. De boven- en onderstaartveren hebben de voor deze soort zo kenmerkende rode kleur. De ogen zijn licht tot fel geel, de snavel is zwart en de poten zijn donkergrijs. De grootte varieert van 33 tot 35 cm.

Psittacus erithacus erithacus of wel de 'gewone' Grijze roodstaart papegaai komt voor in Afrika, van Ivoorkust tot Angola en centraal Kongo.

2. Psittacus erithacus timneh (Timneh grijze roodstaart papegaai).
De Timneh grijze roodstaart papegaai is in zijn geheel wat donkerder grijs van kleur. De kleur van de boven- en onderstaartveren is donkerbruin en de  kleur van de bovensnavel is lichter. Verder is deze soort kleiner van formaat, namelijk ca.30 cm.  

De Timneh grijze roodstaart papegaai komt voor in Guinea, Sierra Leone, Liberië en Ivoorkust.

Geslachtsonderscheid
Tussen man en pop is uiterlijk heel weinig verschil. Gezegd wordt dat de poppen aan de onderkant vaak lichter van kleur zijn en dat de snavel in het algemeen kleiner is. Verder zou de kop van de pop minder rond zijn en de onbevederde plek rond het oog spitser toelopen als bij de man. Zekerheid wordt echter verkregen door de vogels endoscopisch dan wel middels DNA-onderzoek te laten seksen.

Leeftijd
Net als vele andere papegaaiensoorten kunnen grijze roodstaartpapegaaien erg oud worden. Natuurlijk is dit van vele factoren afhankelijk zoals, voeding, leefomgeving, algehele conditie e.d. Indien al deze factoren echter, in de goede zin van het woord, aanwezig zijn dan kan een grijze roodstaartpapegaai gemakkelijk 70 jaar of ouder worden.

Leefmilieu
In hun natuurlijk leefmilieu leven grijze roodstaartpapegaaien in het oerwoud, waarbij hun voorkeur uitgaat naar hoge bomen aan de randen van de wouden.
Buiten de broedtijd leven ze in grote groepen bij elkaar. 's Avonds keren de vogels, veelal onder luidt gekrijs, terug naar hun slaapbomen.
Hun voeding bestaat overwegend uit vruchten en zaden. Onder de inlandse bevolking zijn ze niet altijd even populair omdat ze in grote groepen, nog wel eens grote schade willen aanrichten aan de maïsvelden van de plaatselijke bevolking.
In de broedtijd leven ze paarsgewijs in hoge bomen.  De broedtijd varieert enigszins. In Uganda van juli tot september, in Kongo vanaf begin augustus en in Liberia zo rond april.
Grijze roodstaart mannen in broedconditie vertonen een duidelijk baltsgedrag. Hierbij lopen ze met afhangende vleugels rond het vrouwtje en voeren haar.
Als broedgelegenheid maken Grijze roodstaart papegaaien gebruik van holten in hoge bomen.
De nestholten die ze in bezit nemen hebben ongeveer een diepte van 60 cm.
Gemiddeld legt de pop 2 tot 4 witte eieren, die met tussenpozen van 2 tot 3 dagen worden gelegd. De eieren worden alleen door de pop bebroed. Na ca. 29-30 dagen komen de eieren uit. Gedurende de tijd dat de pop zit te broeden wordt ze, veelal via het invlieggat, door de man gevoerd.
De jongen, die een vleeskleurige huid hebben, worden in het begin vooral door de pop gevoerd. Later neemt ook het mannetje een deel van deze taak op zich. De jongen vliegen na ongeveer 12 weken uit en worden dan nog ongeveer 4 maanden door beide ouders (bij)gevoerd.
Jonge grijze roodstaartpapegaaien hebben de eerste maanden een zwarte iris die in de loop van de tijd langzaam geel wordt. Het verkleuren van de iris begint al zodra ze enkele maanden oud zijn. De duur van het volledig geel worden van de iris verschilt echter per vogel.  

Kweek in gevangenschap
In het algemeen zal het niet eenvoudig zijn om een bestaand (goed) kweekkoppel te bemachtigen. In de meeste gevallen zal de kweker dan ook zelf een koppel samen moeten stellen. Alleen al dit aspect zal de nodige moeilijkheden kunnen opleveren omdat je immers niet zomaar even 4 tot 6 grijze roodstaarten koopt om te kijken welke vogels elkaar goed verdragen! Om zeker te zijn van een paartje is het belangrijk dat de vogels gesekst zijn. Ook voor later, als mocht blijken dat de vogels niet bij elkaar passen, zal dit bij het ruilen van één van de vogels, de minste problemen opleveren.
Grijze roodstaartpapegaaien zijn op een leeftijd van 4 tot 5 jaar geslachtsrijp. Een belangrijk gegeven waarmee je rekening moet houden met het kweken met de vogels.
Indien de vogels binnen gehuisvest worden dient een kweekstel minimaal de beschikking te hebben over een '(binnen)volière' van 2 meter lang,  1 meter diep en 2 meter hoog. Dezelfde maten kunnen aangehouden worden voor een buitenvolière (exclusief  vorstvrij nachthok!).
Bij de huisvesting dient ook rekening gehouden te worden met de grote knaaglust van grijze roodstaartpapegaaien. Het verdient dan ook aanbeveling een onderkomen te bouwen die tegen de knaaglust van de vogels bestand is. In de praktijk betekent dit een gemetseld nachthok en een binnen- of buitenvolière die opgetrokken is uit metaal (bijvoorbeeld ijzer of aluminium). Verder dient het gaas bestand te zijn tegen de knaag- en bijtkracht van de vogels (bijvoorbeeld gaas met een dikte van 2.45 mm en een maaswijdte van 25.4 x 25.4 mm.).
De nestkast dient een doorsnede te hebben van ongeveer 30 cm., een hoogte van 60 cm. en een invlieggat van ca. 10 cm. Er zijn echter ook kwekers die grotere nestkasten verstrekken, bijvoorbeeld een binnendiameter van 40 cm., hoogte van 70 cm. en een invlieggat van 15 cm. Onderin de nestkast kan een laag van 10 á 15 cm. zaagmeel aangebracht worden.
Wat de kweek met grijze roodstaartpapegaaien betreft wijs ik graag op een uit 1993 stammend kweekverslag van de heer M. de Ruiter van vogelpark Gettorf (Duitsland).
De heer de Ruiter meldt in dit verslag dat in het park een koppel grijze roodstaartpapegaaien in een binnenvolière (2 meter lang, 1 meter diep, 2 meter hoog) waren gehuisvest die het, wat de kweek betreft, lieten afweten. Als voeding kregen de vogels een gewoon papegaaien zaadmengsel (zonnebloem pitten, pinda's en andere zaden) en af en toe een halve appel of ander stuk fruit.
Hoewel de vogels het prima met elkaar konden vinden toonden ze tot op dat moment geen enkele interesse in het nestblok (30 cm. doorsnede, 60 cm. hoog en een invlieggat met een doorsnede van 10 cm.) dat in de volière was opgehangen.
Toen echter het zaadmengsel van de vogels tot éénvierde  werd teruggebracht en werd vervangen door éénvierde , in kleine blokjes gesneden brood (rozijnenbrood en witbrood), éénvierde hondenvlokken van het merk 'Happy Dog' en éénvierde,  in kleine blokjes gesneden, fruit en groente (appel, peer, druiven, tomaat, komkommer, meloen e.d.) bleek ineens vanaf dat moment de interesse voor het nestblok bij de vogels gewekt.
Drie maanden nadat de voeding was gewijzigd werden er vier eitjes in het nestblok gelegd die alle vier bevrucht bleken. Alle eitjes kwamen uit en de jongen groeiden voorspoedig op. Opgemerkt dient nog te worden dat de voeding van de jongen, naast het 'zaad-brood-hondevlokken-fruitmengsel' nog werd aangevuld met eivoer. Tot zover de bijzonderheden uit het kweekverslag van de heer M. de Ruiter.

Zoals reeds eerder vermeld komen de eitjes van de grijze roodstaartpapegaai na ca. 30 dagen uit. De overige eitjes volgen in het algemeen met tussenpozen van steeds twee dagen. De jongen zijn bij hun geboorte bedekt met een heel dun laagje witgrijs dons. De rozerode huidskleur is dan ook gemakkelijk door dit dunne dons waar te nemen. Tot ongeveer de 10e dag worden de jongen door de pop gevoerd, daarna helpt ook de man mee de jongen te voeren. De ogen van de jongen gaan  tussen de 10e en de 14e dag open. Na ca. 20 dagen komen de eerste grijze veren aan de vleugels door. Rond dit tijdstip moeten de jongen ook geringd worden (diameter 11 mm.).  Het duurt ca. 40 dagen voordat de rode staartveren zichtbaar worden. Na ruim 9 weken zitten ze volledig in de veren.
Na ca. 90 - 100 dagen verlaten de jongen het nest. Na ongeveer een maand kunnen de jongen bij de oudervogels worden weggehaald. De pop is dan vaak al weer met een nieuw legsel begonnen.

Tam maken
Voor het tam maken van een grijze roodstaartpapegaai kan het beste een in gevangenschap gefokt jong exemplaar worden aangeschaft. Een jonge grijze roodstaartpapegaai is te herkennen aan de oogkleur. Die is bij een jonge vogel nog zwart tot grijsachtig geel en niet lichtgeel, zoals bij oude vogels.
In het algemeen zijn grijze roodstaartpapegaaien vriendelijk tegenover hun verzorger. Het komt echter ook regelmatig voor dat ze een duidelijke voorkeur (of hekel!!) vertonen voor een bepaald mannelijk of vrouwelijk gezinslid. Hoewel de meningen hier over verschillen speelt, naar mijn mening, bij die voorkeur het geslacht van de vogel geen rol.

A. van Kooten.

Verwante links

Amazonepapegaaien
Cuba amazone
Dubbele geelvoorhoofdamazone
Geelnekamazone
Geelschouderamazone
Geelwangamazone
Groenwangamazone
Hispaniola amazone
Mulleramazone
Tucumanamazone
Wijnborstamazone
Witvoorhoofdamazone
Papegaaien - huisdier
Aanschaf van een papegaai
Bijtende papegaai
Handopfok van papegaaien
Opvoeding van de papegaai
Schreeuwende papegaai
Grijze roodstaartpapegaai

 

 

 

Disclaimer

Home

Vertel een vriend over deze site

 

 

Copyright © 2005, Adri van Kooten, All Rights Reserved | Webdesign: Adri van Kooten