De buitenste grote slagpennen zijn grijs met een violette buitenvlag. De
binnenste grote slagpennen en de kleine slagpennen grijs met een
violette buitenvlag. De ondervleugeldekveren zijn violet en bezitten een zwarte omzoming. De
duimveertjes zijn lichtgeel van kleur. De bovenstaartdekveren zijn
violet en de onderstaartdekveren geel met een groene waas. De
staartpennen zijn groen. De snavel is licht hoornkleurig. Vanaf de
snavelinplant tot aan de snavelpunt bevindt zich een donker
hoorngedeelte dat kan varieëren van bruin tot zwart. De poten zijn
vleeskleurig.
Pop:
De pop lijkt op de man maar bij haar zijn de blauwe veerpartijen
overwegend groen met een blauwgrijze waas. Verder is de stuit en
onderrug bij de pop bleek blauw van kleur. De vleugels zijn bij haar
blauw bewaasd.
Herkomst en leefwijze
De geelmasker dwergpapegaai heeft zijn verspreidingsgebied in Noord-West
Peru en wel in de Maraňon vallei in de provincie Libertad. Ze leven hier
in savannen met doornig struikgewas, open landschap gebieden en in droge
tropische gebieden tot op hoogten van 1720 meter Over hun leefwijze is
niets bekend.
Huisvesting
Geelmaskerdwergpapegaaien zijn warmte behoeftige vogels waarbij we bij
de huisvesting rekening moeten houden. Ze kunnen worden gehuisvest in
kleine volières van bijvoorbeeld 2 meter lang, 1 meter breed en 2 meter
hoog maar ook paarsgewijs in broedkooien van minimaal 60x40x40 cm.
Indien ze in een volière worden gehouden zullen ze in de koude maanden
ondergebracht moeten worden in ruimten waar de temperatuur niet onder de
10 °C komt. Ook voor
huisvesting in broedkooien geldt dat de ruimte(n) verwarmd moet kunnen
worden.
Voeding:
Als basisvoeding kan een zaadmengsel voor agaporniden worden gegeven. Om
tot een volwaardige voeding te komen kan aan het zaadmengsel een
‘krachtvoermengsel’ van geweekt kiemzaad en eivoer/universeelvoer (1:1)
toegevoegd worden. De verhouding tussen het zaad en het
krachtvoermengsel moet ongeveer één op één zijn. Twee keer per week kan
hier, ondanks dat de vogels er ook vrij over moeten kunnen beschikken,
scherpe maagkiezel en oesterschelpengrit aan toegevoegd worden. Verder
is het goed om de vogels enkele keren per week fruit en groenvoer te
geven. Als er jongen zijn dient het eiwitpercentage van het krachtvoer
ongeveer op 20% te liggen. Omdat de meeste commerciële eivoeders dit
eiwitgehalte niet halen is het verstandig 250 gram gekookte koolvis door
een kilo van bovenstaande krachtvoer te mengen. Eventueel nog aangevuld
met wat extra mineralen. De vogels zullen het op deze voeding prima
doen. Voor meer informatie over de voeding
klik hier.
Kweek:
Nestblok:
Als nestgelegenheid kan een horizontaal broedblok gegeven worden met een
afmeting van 20x14x14 cm. (lxbxh).
Nestmateriaal:
Als nestmateriaal kunnen in het blok stukjes vermolmd hout gegeven
worden die door de vogels zelf fijn geknaagd zullen worden.
Kweek:
Geelmaskerdwergpapegaaien zijn te kweken in ruime broedkooien van
minimaal 60x40x40 cm. De pop legt gemiddeld 3 - 5 eitjes die alleen door
haar bebroed worden. Meestal zal ze na het leggen van het 2e ei vast
gaan zitten broeden. Na ongeveer 18 dagen komen de eieren uit. De jongen
komen naakt ter wereld. Na zo'n 10 dagen zijn de eerste slagpennen te
zien en na 20 dagen de groene veren. Ongeveer 30 dagen na het uitkomen
verlaten de jongen het nest. Ze worden dan nog enkele weken door de
oudervogels (bij)gevoerd alvorens ze zelfstandig zijn.
A. van Kooten